Stevia, aspartaam of monk fruit? Welke zoetstoffen passen in een suikerbewust eetpatroon
Gepubliceerd op 30 juni 2022 - Laatst bijgewerkt op 14 augustus 2025
Laatst bijgewerkt op 14 augustus 2025
Een populaire zoetstof als vervanger van suiker is stevia, maar ook monk fruit wordt wel eens teruggevonden in light- en suikerarme producten. Deze zoetstoffen zijn gebaseerd op planten. Een andere (kunstmatige) zoetstof die door EFSA is beoordeeld en binnen de vastgestelde aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) als veilig wordt beschouwd, is aspartaam.
Plantaardige of kunstmatige zoetstoffen die suiker kunnen vervangen maken vandaag de dag onderdeel van een miljardenindustrie, maar welke kies je?
Wat zijn zoetstoffen?
Zoetstoffen zijn, zoals de naam verklapt, stoffen of toevoegingen die producten op een kunstmatige of op plantaardige manier zoeter doen smaken. Er kan onderscheid gemaakt worden tussen twee soorten:
- Laagcalorische of intensieve zoetstoffen
- Polyolen of extensieve zoetstoffen
Intensieve zoetstoffen zijn heel sterk van smaak en worden in kleine hoeveelheid toegevoegd aan producten zoals light of zero frisdranken. Omdat ze in zulke kleine hoeveelheid voorkomen, hebben ze ook weinig tot geen calorische waarden. Voorbeelden van intensieve, laagcalorische zoetstoffen zijn monniksvrucht, stevia en aspartaam.
Extensieve zoetstoffen zijn industrieel, maar komen ook voort uit fruit of groente. Polyolen zijn iets minder zoet dan suiker en worden gebruikt in bijvoorbeeld kauwgom. Ze worden niet enkel gebruikt als zoetstof, maar ook voor technologische doeleinden zoals emulgator, stabilisator, bevochtigingsmiddel, verdikkingsmiddel en textuurmiddel.[1]
Monk fruit
De vruchten van de Luo Han Guo, oftewel monniksvrucht in het Chinees, worden al eeuwenlang gebruikt in Chinese kruidenkunde als natuurlijk zoetstof. De zoete smaak is te danken aan mogrosiden, een groep triterpeenglycosiden van het cucurbitaan-type die voor ongeveer 1% in het vruchtvlees aanwezig zijn.[2] Deze mogrosiden zijn ongeveer 300 keer zoeter dan gewone tafelsuiker, wat de vrucht dus heel populair maakt als suikervervanger.
Stevia
Stevia rebaudiana, kortweg stevia, is een zoetstof van natuurlijke oorsprong die ongeveer 200 tot 300 keer zoeter is dan witte suiker. Volgens de Europese voedselveiligheidsautoriteit (EFSA) is stevia bij gebruik binnen de aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) niet kankerverwekkend en niet genotoxisch. Deze negatieve en gespeculeerde kenmerken werden dus, samen met het idee dat stevia onvruchtbaarheid kan veroorzaken, tegengesproken.[3] Zolang stevia volgens de ADI wordt ingenomen, wordt het als veilig beschouwd. De ADI voor zowel jong als oud is 4 mg per kg lichaamsgewicht.
Aspartaam
Aspartaam is zoals monniksvrucht en stevia een suikervervanger dat een zoetere smaak heeft dan gewone tafelsuiker.
Het grote verschil hier is dat aspartaam niet op basis van planten gemaakt is, maar simpelweg wordt geproduceerd in een fabriek.
Er is heel wat verwarring rond aspartaam, mede dankzij Italiaanse studies van 2006 en 2007 die zouden bewijzen dat de zoetstof kankerverwekkend is. De proefdieren uit de onderzoeken bleken echter al tumoren te hebben door chronische ontstekingen, niet door de toediening van aspartaam. De verhalen rond de schadelijkheid voor de gezondheid zijn evenals gebaseerd op verkeerde conclusies.[4]
Wat doen zoetstoffen met je lichaam?
Er is nog steeds veel onderzoek gaande over het effect van zoetstoffen op het lichaam. Het ene onderzoek toont aan dat zoetstoffen de kans op overgewicht zouden kunnen vergroten en het ander onderzoek bewijst juist dat suikervervangers helpen bij gewichtsverlies. Een toonaangevend aspect van allerlei studies is wel dat mensen die producten met zoetstoffen krijgen, minder calorieën innemen dan mensen die gewoon suiker eten en drinken.[5]
Verder is er een waarneembaar effect op het gebit: Zoetstoffen hebben niet het cariogene effect van suikers. Suikervervangers veroorzaken dus niet direct tandbederf of cariës (gaatjes).
Wel is het zo dat bijvoorbeeld frisdrank, met of zonder echt suiker, zuren bevat die tanderosie kunnen veroorzaken.
Dit betekent dat het tandglazuur toch aangetast kan worden.
Onderzoek naar zoetstoffen en bloedsuiker
In een groot onderzoek uit 2017 werden verschillende studies samengevat die keken naar het effect van niet-nutritieve zoetstoffen op de gezondheid.[6] Daaruit kwam naar voren dat deze zoetstoffen in de meeste gevallen geen duidelijk verschil lieten zien in nuchtere bloedsuikerwaarden vergeleken met suiker. Sommige studies vonden kleine veranderingen, maar die waren niet consequent of eenduidig.
Let wel, de genoemde onderzoeksresultaten zijn gebaseerd op populatiestudies en zeggen niets over het individuele effect. Resultaten kunnen per persoon verschillen. Zoetstoffen hebben alleen direct effect op energie-inname als onderdeel van een gevarieerde, evenwichtige voeding en gezonde leefstijl.
Conclusie
De reden waarom natuurlijke en kunstmatige zoetstoffen zo populair zijn is omdat ze geen of weinig calorieën bevatten. Een energiebeperkt voedingspatroon is eenvoudiger vol te houden als je kiest voor producten met minder suiker. Zo krijg je minder calorieën binnen dan dat je er verbrandt.
Over het algemeen worden zoetstoffen zoals stevia, monniksvrucht en aspartaam als veilig beschouwd bij gebruik binnen de wettelijke limieten en de ADI. Toch wordt aangeraden om ze, zoals met gewone suiker, in kleine en gecontroleerde doses te nemen. Dit om te voorkomen dat je gewend wordt aan de zoete smaak. Het is al bij al beter en verstandiger om geheel af te kicken van zoetigheid dan om simpelweg een alternatief voor tafelsuiker te zoeken.
Altijd op de hoogte van het laatste gezondheidsnieuws? Abonneer je dan op onze nieuwsbrief:
Bronnen