Paniekaanval en paniekstoornis: wat te doen?
Gepubliceerd op 22 januari 2019 - Laatst bijgewerkt op 24 juni 2020
Laatst bijgewerkt op 24 juni 2020
Paniekaanvallen en paniekstoornissen zijn twee termen die door elkaar gebruikt worden maar toch verschillende dingen zijn. In dit artikel lees je hier meer over, alsook hoe je hiermee kan omgaan.
Wat is een paniekaanval?
Een paniekaanval kan overal en altijd gebeuren. Paniekaanvallen zijn abrupte golven van intense angst of ongemak bij een gebrek aan gevaar die binnen enkele minuten voorbijgaan.
Je kunt lichamelijke klachten zoals hartritmestoornissen, ademhalingsmoeilijkheden en overmatig zweten ervaren. Aanvallen vinden meestal verwacht plaats naar aanleiding van gebeurtenissen waarvoor men bang is zoals in een vliegtuig zitten.
Wat is een paniekstoornis?
Een paniekstoornis treedt op wanneer je terugkerende onverwachte, paniekaanvallen ondervindt. Als je vier of meer paniekaanvallen hebt gehad of als je bang bent voor een nieuwe paniekaanval nadat je er een heeft gehad, kan je een paniekstoornis hebben. Als gevolg zullen mensen met een paniekstoornis bepaalde situaties of omgevingen vermijden die deze stoornis oproepen.[1]
Symptomen van een paniekaanval
Symptomen van een paniekaanval, en op termijn een paniekstoornis, beginnen vaak te verschijnen bij tieners en jonge volwassenen onder de 25 jaar. Hieronder vind je de meest gangbare symptomen:
- Hartkloppingen
- Kortademigheid
- Het gevoel alsof je stikt
- Duizeligheid
- Misselijkheid
- Zweten of rillen
- Trillen of beven
- Veranderingen in de mentale toestand: een gevoel van onwerkelijkheid of het afstand nemen van zichzelf
- Gevoelloosheid of tintelingen in handen of voeten
- Pijn op de borst of benauwdheid
- Vrees dat je misschien doodgaat
Oorzaken van een paniekstoornis
De oorzaken van een paniekstoornis zijn niet helemaal duidelijk. Onderzoek heeft aangetoond dat paniekstoornissen genetisch kunnen zijn. Paniekstoornissen worden ook geassocieerd met belangrijke overgangen die zich in het leven voordoen.
Het verlaten van de universiteit, trouwen of het hebben van je eerste kind zijn allemaal belangrijke overgangen die stress kunnen veroorzaken en kunnen leiden tot de ontwikkeling van een paniekstoornis. Vrouwen hebben twee keer zoveel kans als mannen om de aandoening te ontwikkelen.
Diagnose van een paniekstoornis
Als je symptomen van een paniekaanval ervaart, zoek je best medische hulp. De meeste mensen die voor de eerste keer een paniekaanval meemaken, denken dat ze een hartaanval hebben.
Op de spoed voert de noodhulpverlener verschillende tests uit om te zien of je symptomen worden veroorzaakt door een hartaanval. Ze kunnen bloedtests uitvoeren om andere aandoeningen uit te sluiten die vergelijkbare symptomen kunnen veroorzaken, of een elektrocardiogram (ECG) om de hartfunctie te controleren. Als er geen noodsituatie is voor je symptomen, word je doorverwezen naar je huisdokter.
Je dokter kan je geestelijke gezondheid onderzoek. Op basis van je symptomen zullen alle andere medische aandoeningen worden uitgesloten voordat je dokter de diagnose paniekstoornis stelt.
Behandeling van een paniekstoornis
De behandeling van een paniekstoornis richt zich op het verminderen of elimineren van je symptomen. Therapie omvat meestal cognitieve gedragstherapie en leert je om je gedachten en acties te veranderen, zodat je je aanvallen kunt begrijpen en je angst kunt beheersen.
Een ander type therapie betreft blootstellingstherapie waarbij je leert omgaan met de situaties die de paniek veroorzaken. Hierbij leer je ook de symptomen ervaren en ermee omgaan.
Medicijnen kunnen gebruikt worden om de paniekstoornis tijdelijk te controleren of de symptomen te verminderen. Het zal de stoornis echter niet wegnemen. Medicatie is het meest effectief in combinatie met therapie en gedragsveranderingen.
Medicatie die gebruikt worden om paniekstoornissen te behandelen, betreffen antidepressiva (die je niet enkel tijdens aanvallen neemt) en benzodiazepines (die ervoor zorgen dat je snel kalmeert). Die laatste medicatie is echter verslavend en dien je mee op te passen.
In wat volgt lees je hoe je paniekstoornissen kunt voorkomen[2] en wat je kunt doen[3] tijdens een paniekaanval, alsook hoe je iemand anders tijdens een paniekaanval kan helpen.[4]
Wat kan je doen om paniekstoornissen te voorkomen?
- Een regelmatig schema volgen
- Voldoende bewegen
- Voldoende slapen
- Stimulerende middelen zoals cafeïne, alcohol en sigaretten vermijden
- Ontspanningstechnieken zoals yoga en meditatie uitoefenen
- Spreken met familie en vrienden
Wat kan je doen tijdens een paniekaanval?
- Diep in- en uitademen, dit vermindert de kans op hyperventilatie
- Erkennen dat je een paniekaanval en geen hartaanval hebt
- Je ogen sluiten, afstand nemen van triggers die je overweldigen
- Mindfulness beoefenen of gebruik maken van een mantra
- Focussen op een bepaald object
- Spierontspanningstechnieken gebruiken
- Een wandeling maken of sporten, dit stimuleert de endorfines
- Lavendel of kamille gebruiken, deze kruiden verminderen stress
Hoe kan je iemand anders helpen die een paniekaanval heeft?
Het kan beangstigend zijn om een naaste met een paniekaanval te zien. Hun ademhaling kan abnormaal snel en oppervlakkig worden, ze kunnen duizelig of licht in het hoofd worden, beven, zweten, zich misselijk voelen of denken dat ze een hartaanval hebben. Hoe irrationeel je ook denkt dat hun paniekerige reactie op een situatie is, het is belangrijk om te onthouden dat het gevaar heel reëel lijkt voor je geliefde. Gewoon vertellen dat ze hun angst moeten kalmeren of minimaliseren, zal niet helpen.
Hieronder enkele tips die wel kunnen helpen:
- Blijf zelf kalm, dit helpt de andere persoon om te kalmeren
- Help de persoon om gefocust in- en uit te ademen
- Zorg voor beweging om de stress weg te nemen
- Praat over zaken die de persoon interesseren
- Moedig hem/haar aan om professionele hulp te zoeken
Bronnen
↑1 | 20 juni 2017, What Is Panic Disorder? |
---|---|
↑2 | 7 januari 2016, Panic Disorder |
↑3 | 7 december 2018, 11 Ways to Stop a Panic Attack |
↑4 | 4 januari 2019, Panic Attacks and Panic Disorder |