Alzheimer: de grootste risicofactoren
Gepubliceerd op 22 oktober 2020 - Laatst bijgewerkt op 01 juli 2021
Laatst bijgewerkt op 1 juli 2021
Alzheimer is een neurologische aandoening die de oorzaak is van veel sterfgevallen. Factoren als cognitieve activiteit, een hoog BMI op latere leeftijd, depressie, diabetes en hoge bloeddruk, zouden artsen kunnen helpen om het risico op Alzheimer te identificeren en aan te pakken.
Recent onderzoek heeft uitgewezen dat het aantal gevallen lijkt af te nemen, mogelijk als gevolg van veranderingen in levensstijl, beter onderwijs en risicobeperkende strategieën om dementie te voorkomen of uit te stellen.
Een internationaal team van onderzoekers onder leiding van professor Jin-Tai Yu van de Fudan Universiteit in China[1], heeft de taak op zich genomen om het huidige bewijsmateriaal te beoordelen en te analyseren om zo suggesties voor de preventie van van Alzheimer te kunnen produceren.
De onderzoekers verzamelden 395 studies die geschikt waren voor hun analyse. Op basis van de analyse daarvan hebben ze 21 suggesties gedaan die kunnen helpen om de ziekte van Alzheimer te voorkomen. Daarbinnen waren er wat zij noemden “Klasse I” suggesties om 19 verschillende factoren aan te pakken.
Bijna tweederde van deze suggesties heeft betrekking op vasculaire risicofactoren (zoals hoge bloeddruk en cholesterol) en de levensstijl, waardoor het belang van de algemene gezondheid, nog voor symptomen van Alzheimer, wordt onderschreven.
Tien van de suggesties werden ondersteund door sterk bewijs en omvatten het stimuleren van het brein via scholing en lezen op jonge leeftijd, en het vermijden van diabetes, stress, depressie, hoofdtrauma’s, en hoge bloeddruk op middelbare leeftijd.
Nog eens negen suggesties, met een iets zwakker bewijs, omvatten regelmatige lichaamsbeweging, het krijgen van voldoende goede kwaliteit slaap, het handhaven van een gezond lichaamsgewicht en een goede gezondheid van het hart op latere leeftijd, het vermijden van roken, en het opnemen van vitamine C in het dieet.
Twee interventies werden daarentegen niet aanbevolen: hormoontherapie en gebruik van acetylcholinesteraseremmers.
De auteurs wijzen op enkele beperkingen van de studie, zoals het feit dat observationele studies geen duidelijk oorzakelijk verband kunnen aantonen en dat gerandomiseerde gecontroleerde studies niet generaliseerbaar zijn buiten de specifieke onderzochte steekproef, interventie, dosis en duur. Bovendien kunnen de waarden van hun suggesties worden beperkt door de geografische variabiliteit, de definitie van de blootstelling en de prevalentie van risicofactoren op populatieniveau.
Toch zijn deze analyse en de daaruit gekomen suggesties erg belangrijk in het onderzoek naar Alzheimer. Deze studie biedt namelijk een geavanceerd en eigentijds overzicht van het bewijsmateriaal, waaruit blijkt dat er dringend behoefte is aan meer hoogwaardige observationele prospectieve studies en gerandomiseerde gecontroleerde proeven om de bewijsbasis te versterken voor het blootleggen van meer veelbelovende benaderingen voor de preventie van de ziekte van Alzheimer.[2]
Bronnen
↑1 | 2020, Fudan University |
---|---|
↑2 | 20 juli 2020, Biggest risk factors identified to try and prevent Alzheimer’s disease |