Verschillen tussen mannen en vrouwen: biologie, gezondheidspercepties en medische behandelingen
Gepubliceerd op 01 oktober 2021 - Laatst bijgewerkt op 14 december 2021
Laatst bijgewerkt op 14 december 2021
Mannen komen niet van Mars. Vrouwen komen niet van Venus. Ze zijn dezelfde soort van dezelfde planeet. Genetisch gezien is het DNA van mannen en vrouwen voor 98,5% identiek. Ze hebben zelfs dezelfde hormonen (maar in andere verhoudingen). Exact hetzelfde zijn ze dus niet. En die verschillen zijn echt en belangrijk.
De verschillen dienen biologische functies en helpen om gezondheidsbehoeften beter te begrijpen. Deze verschillen geven elk geslacht unieke sterke punten die helpen bij de belangrijkste taak – overleven.
Leuke weetjes over mannen en vrouwen
Over de bouw en het bloed
- Mannen hebben een 25% dikkere huid met een hogere dichtheid van het eiwit collageen. Ook hebben mannen dikkere en sterkere botten, pezen en ligamenten.
- Mannen hebben gemiddeld meer spiermassa en krachtigere skeletspieren. De spieren van vrouwen zijn dan weer beter bestand tegen vermoeidheid en herstellen sneller.
- Mannen en vrouwen hebben verschillende hoeveelheden lichaamsvet. Het hogere lichaamsvet bij vrouwen – ongeveer 10% – ondersteunt voornamelijk de voortplantingsfysiologie.
- Vrouwen dragen hun lichaamsvet meestal in hun heupen en dijen. Mannen hebben de neiging hun vet rond hun buik op te hopen.
- Mannen hebben uitgesproken adamsappels. Dat komt omdat ze grotere stembanden hebben waardoor het omliggende kraakbeen meer uitsteekt.
- Mannen hebben doorgaans meer rode bloedcellen en een hogere bloeddruk dan vrouwen.
Over het brein
- Mannenhersenen bevatten meer informatie-bevattende grijze stof. Vrouwenhersenen beschikken over meer witte stof, die de verschillende hersendelen met elkaar verbindt. Ook hebben vrouwen grotere geheugencentra dan mannen.
Over de hormonen
- Een gemiddelde volwassen vrouw heeft ongeveer 15-70 ng/dL testosteron. Een gemiddelde volwassen man heeft ongeveer 270-1070 ng/dL testosteron. Na de leeftijd van 30 jaar daalt het testosterongehalte van mannen met ongeveer één procent. Bij vrouwen gebeurt dat niet. Wel daalt het oestrogeenniveau na de menopauze.
Over calorieën en verbranding
- De dagelijkse caloriebehoefte is voor mannen hoger dan voor vrouwen. Daar zijn een paar redenen voor: mannen hebben een grotere spiermassa, gestalte en basaal metabolisme. Ook hebben mannen meer eiwitten nodig.
- Tijdens het sporten is vet de belangrijkste brandstof voor vrouwen. Bij mannen zijn dat koolhydraten.
- Uit een studie bleek dat mannen een lagere hartslag in rust hebben dan vrouwen. Vrouwen hebben dan weer een lagere piekhartslag. De hartslag van mannen stijgt sneller tijdens het sporten en daalt daarna sneller.
Over de behoeften
- Vrouwen tussen 14 en 51 jaar hebben meer ijzer nodig dan mannen. Dit komt door hetbloedverlies tijdens de menstruatie.
- Zwangere vrouwen hebben meer folaat nodig. Dit dient om de neurale ontwikkeling van baby’s te ondersteunen.
- Beide geslachten bereiken de piek botmassa rond de leeftijd van 30. Vanaf 40 beginnen mannen en vrouwen bot te verliezen. De menopauze versnelt het botverlies bij vrouwen. Zo hebben 50-plus vrouwen 200 mg calcium meer nodig dan mannen van dezelfde leeftijd.
- Vrouwen boven de 65 jaar hebben meer vitamine D nodig. Dat komt omdat het een betere calciumopname bevordert.
- Zwangere en postmenopauzale vrouwen hebben meer zink nodig. Beide geslachten slaan zink op in hun botten, maar mannen slaan het essentiële mineraal ook op in hun prostaat.
Over de zintuigen
- Mannen zijn minder gevoelig voor koude temperaturen.
- Vrouwen hebben betere reuk- en smaakzintuigen. Ze hebben 50 cellen (neuronen) meer in hun reukorgaan. Vrouwen hebben doorgaans ook meer smaakpapillen dan mannen.
- Mannen zijn gemiddeld vaker kleurenblind, maar hun ogen voelen ook beter beweging. Vrouwen zijn beter in staat om kleine kleurverschillen te onderscheiden.[1]
Mannen zijn het ‘zwakke’ geslacht
Mannen sterven jonger dan vrouwen, en ze gaan tijdens hun leven zwaarder gebukt onder ziekte. Ze worden op jongere leeftijd ziek en hebben meer chronische ziekten dan vrouwen.
Waarom is de gezondheid van mannen gevoeliger dan die van vrouwen? Dat is te wijten aan biologische factoren, sociale factoren en gedragsfactoren.
#1. Biologische factoren
Chromosomen: zowel mannen als vrouwen hebben 23 paar chromosomen, die de 20.000-25.000 genen van het lichaam dragen. 22 paren zijn gelijk, het 23ste bevat de geslachtschromosomen. Vrouwen hebben een paar X-chromosomen, mannen een X- en een Y-chromosoom. Het Y-chromosoom is slechts een derde zo groot als het X-chromosoom en bevat veel minder genen. Sommige van deze genen kunnen in verband worden gebracht met ziekten die bijdragen tot de overmatige sterfte van mannen.
Hormonen: waar testosteron vroeger de schuld kreeg van dé oorzaak voor hartziekten, blijkt daar nu helemaal niks van waar te zijn. Ja, oestrogeen beschermt de vrouw, maar een teveel na de menopauze kan de kans op hartziekten vergroten.
Voortplantingsanatomie: op dit vlak zijn mannen bevoordeeld gezien vrouwen sneller overlijden aan kanker van het reproductief systeem dan mannen. De problemen van mannen situeren zich dus op een ander domein.
Stofwisseling: mannen en vrouwen hebben een vergelijkbaar LDL (“slecht”) cholesterolgehalte, maar vrouwen hebben een aanzienlijk hoger HDL (“goed”) cholesterolgehalte. Een hoger HDL-cholesterolgehalte wordt in verband gebracht met een lager risico op hartziekten.
Overgewicht: vrouwen hebben de neiging overtollig gewicht op hun heupen en dijen te dragen (de “peervorm”), terwijl mannen dit gewicht toevoegen aan hun taille (de “appelvorm”, of “bierbuik”). Abdominale obesitas is veel riskanter dan obesitas van het onderlichaam, omdat het risico op een hartaanval en beroerte er sterk door toeneemt.
Lees ook: Buikvet verbranden: hoe doe je dat? |
#2. Sociale factoren
Werkstress: in het stereotype van de gehaaste, hard rijdende, overwerkte man zit iets van waarheid. Werkstress kan het risico op hypertensie, hartaanvallen en beroertes verhogen.
Sociale netwerken en steun: sterke interpersoonlijke relaties en ondersteunende netwerken verminderen het risico op gezondheidsproblemen, variërend van een gewone verkoudheid en depressie tot hartaanvallen en beroertes. Daarentegen is sociaal isolement een risicofactor voor hartziekten gebleken. En laat vrouwen nu net grotere en betrouwbaardere sociale netwerken dan mannen hebben.
#3. Gedragsfactoren
Risicovol gedrag: wat de oorzaak ook is, van jongs af aan nemen mannen meer risico’s dan vrouwen, en zij betalen daar vaak de prijs voor in de vorm van trauma’s, verwondingen en dood.
Agressie en geweld: een man heeft bijna vier keer meer kans om te sterven door moord of zelfmoord dan een vrouw, maar vrouwen zijn veel vaker het slachtoffer van huiselijk geweld.
Roken en middelenmisbruik: zowel roken als drank- en drugsmisbruik zijn van oudsher mannenproblemen die ook voor vrouwen steeds bedreigender worden. Toch overheersen mannen in deze zelfdestructieve gewoonten.
Dieet: in de meeste gevallen eten vrouwen gezonder dan mannen. Het mannelijke ideaal van vlees en aardappelen zou plaats moeten maken voor groenten, fruit, granen en vis.
Lichaamsbeweging: toen het overleven van de mensheid afhing van fysieke arbeid, kregen zowel mannen als vrouwen voldoende lichaamsbeweging. In de moderne wereld is dit voor beide geslachten niet het geval.
Medische zorg: Vrouwen denken na over gezondheid, en ze doen er meer aan. In het algemeen hebben mannen met de meest traditionele, macho-opvattingen over mannelijkheid de minste kans op routinecontroles en noodzakelijke medische zorg.
Gezondheidstips voor mannen
Mannen kunnen hun chromosomen en genen niet veranderen. Toch kunnen mannen hun achterstand op vrouwen op sommige andere gebieden inhalen:
- Vermijd tabak in al zijn vormen en beperk je alcoholconsumptie tot 1-2 drankjes per dag.
- Eet meer volle granen, fruit, groenten en peulvruchten, vis, magere of vetvrije zuivelproducten, noten en zaden. Eet minder rood vlees, volle zuivelproducten, gevogelte, natriumrijke (zoute) bewerkte voedingsmiddelen, snoep, suikerhoudende dranken en geraffineerde koolhydraten, en als u moet afvallen, calorieën.
- Doe ten minste 30 minuten matige lichaamsbeweging per dag. Doe krachtoefeningen twee tot drie keer per week. Doe oefeningen voor flexibiliteit en evenwicht naar behoefte.
- Verminder stress, zorg voor voldoende slaap en zorg voor een ondersteunend sociaal netwerk.
- Vermijd risicovol gedrag, waaronder drugsmisbruik, onveilige seks, gevaarlijk rijgedrag en leven in gevaarlijke huishoudelijke omstandigheden.
- Verminder de blootstelling aan giftige stoffen en straling, waaronder zonlicht en medische röntgenstraling.
- Laat je regelmatig medisch controleren, screenen en vaccineren. Luister naar je lichaam en meld ongeregeldheden aan je arts.[2]
Aandoeningen: verschillen tussen mannen en vrouwen
#1. Aandoeningen die vooral mannen plagen
Hartziekten: van de mannen van 65 jaar en ouder heeft meer dan 39% een hartziekte, vergeleken met ongeveer 27% van de vrouwen in dezelfde leeftijdsgroep. Dit is te wijten aan het visceraal vet rond de buik, zoals eerder besproken. Ook krijgen vrouwen extra bescherming door het hormoon oestrogeen.
De ziekte van Parkinson: deze neurologische ziekte treft ongeveer 50% meer mannen dan vrouwen. Onderzoekers noemen ook hier oestrogeen als beschermend hormoon. Verder hebben verschillende studies gewezen op de mogelijkheid dat parkinson een genetisch verband heeft met het mannelijke X-chromosoom.
Mannen lopen ook meer risico op autisme, jicht, nierstenen, pancreatitis, liesbreuken en aneurysma’s.
#2. Aandoeningen die vooral vrouwen plagen
Beroertes: in de Verenigde Staten, bijvoorbeeld, krijgen elk jaar ongeveer 55.000 meer vrouwen een beroerte dan mannen. Ook oestrogeen speelt hier een rol. Veranderingen in oestrogeenniveaus, niet het oestrogeen zelf, beïnvloeden de stoffen in het bloed die stolsels veroorzaken. Meer activiteit resulteert in meer stolling, en dat kan leiden tot een hoger risico op een beroerte.
Osteoporose: vrouwen beginnen met dunnere, kleinere botten en minder botweefsel dan mannen. Wanneer vrouwen tijdens de menopauze oestrogeen beginnen te verliezen, leidt dit tot verlies van botmassa. Zo zal bijna 50% van de vrouwen boven de 50 een bot breken als gevolg van osteoporose.
Lees ook: Osteoporose komt ook voor bij mannen |
Vrouwen lopen ook meer risico op migraine, alzheimer, urineweginfecties en MS.
#3. Gelijkaardig maar met een verschil
Diabetes: hoewel mannen en vrouwen ongeveer even veel diabetes krijgen en er op dezelfde manier door worden getroffen, verhoogt diabetes vaker het risico op hartziekten meer bij vrouwen.
Depressies: vrouwen zijn vaker depressief, maar mannen plegen vaker zelfmoord. Deze paradox heeft waarschijnlijk te maken met de manier waarop we depressie definiëren en diagnosticeren.[3]
Ook de eigen gezondheidsperceptie verschilt
Een studie van Mayo Clinic bevroeg 2784 respondenten, waaronder 32% mannen en 68% vrouwen met een gemiddelde leeftijd van 49 jaar. Uit de bevindingen bleek dat mannen vonden dat ze even gezond waren als vrouwen, ondanks het feit dat ze meer medische problemen hadden. Vrouwen hadden daarnaast een lager zelfgerapporteerd niveau van lichamelijke activiteit en een lager vertrouwen dat ze die activiteit zouden kunnen volhouden.[4]
Vrouwen worden minder vaak serieus genomen
In de medische wereld gaan diagnoses en behandelingen vaak gepaard vooroordelen en stereotypen. Deze gendervooroordelen treffen vrouwen vaker dan mannen, en zijn vaak gebaseerd op systemisch seksisme. Tot de eerste helft van de vorige eeuw waren de meeste beoefenaars van het medische vak namelijk mannen.
Verder werden in het verleden vrouwelijke deelnemers vaker uitgesloten uit wetenschappelijk onderzoek om de mogelijkheid uit te sluiten dat vrouwelijke geslachtshormonen de resultaten zouden beïnvloeden. Wetenschappers sloten ook vrouwen in de vruchtbare leeftijd uit van proeven om het risico te vermijden dat geneesmiddelen een potentiële zwangerschap zouden beïnvloeden.
Hoewel sommige van deze praktijken goed bedoeld waren, weten medici nu minder over de invloed van ziekten en geneesmiddelen op vrouwen, waardoor geneesmiddelen waarvan artsen vroeger dachten dat ze veilig waren voor mannen en vrouwen, moeten worden opgeschort.[5]
Om die reden worden vrouwen voor bepaalde aandoeningen niet correct behandeld. Zo is er een verschil in de behandeling van:
Chronische pijn: over het algemeen ervaren vrouwen meer chronische pijn dan mannen. Desondanks blijkt uit een review van 77 artikelen uit 2018 dat medische professionals vrouwelijke patiënten eerder afdoen als te gevoelig, hysterisch of als tijdverspillers.[6]
Dat is vooral zo wanneer de pijn een psychologische oorzaak heeft. Verder krijgen vrouwen minder en minder effectieve pijnmedicatie, meer antidepressiva en meer doorverwijzingen naar de geestelijke gezondheidszorg.
Bloedingsstoornissen: dit zijn aandoeningen waardoor het bloed niet goed kan stollen, bijvoorbeeld hemofilie en de ziekte van Von Willebrand (VWD). Deze aandoeningen komen zowel bij mannen als bij vrouwen voor. In het verleden dachten artsen dat ze alleen bij mannen voorkwamen. Deze mythe heeft vandaag nog steeds invloed op de diagnose van bloedingsstoornissen.
Volgens onderzoek uit 2020 wordt bij vrouwen met matige hemofilie de diagnose gemiddeld 6,5 maanden later gesteld dan bij mannen. Vrouwen met ernstige hemofilie hebben te maken met vertragingen van 39 maanden. Bij vrouwen met VWD is de vertraging tussen het begin van de symptomen en de diagnose 16 jaar.[7] En dat terwijl vrouwen bloedingsstoornissen sneller opmerken.
Auto-immuunziekten: 62% van de mensen met een auto-immuunziekte wordt door artsen bestempeld als “chronische klagers” of krijgt te horen dat zij zich te veel zorgen maakten over hun gezondheid. Echter zijn 75% van de mensen met auto-immuunziekten vrouwen. Dit betekent dat deze afwijzende houding vrouwen onevenredig treft.
In het geval van lupus is 90% van de patiënten vrouw. Hoewel bij mannen de diagnose lupus op latere leeftijd wordt gesteld dan bij vrouwen, wordt de diagnose bij hen doorgaans gesteld zodra zij symptomen vertonen.
Mentale gezondheid: vrouwen hebben bijna twee keer zoveel kans als mannen om een psychische aandoening te krijgen.[8] Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)[9] is dit te wijten aan risicofactoren voor geestesziekten die vrouwen onevenredig treffen, zoals gendergerelateerd geweld, een lagere sociale status en een lager gemiddeld inkomen. Verder worden vrouwen vaker gediagnosticeerd als depressief, ook al hebben mannen dezelfde symptomen. [10]
Hartziekten: er zijn seksegebonden verschillen in hoe de symptomen van hartaandoeningen zich presenteren bij mannen en vrouwen. Een gebrek aan voorlichting over deze verschillen kan er echter toe leiden dat artsen hartaandoeningen negeren of verkeerd diagnosticeren.
Artsen beschouwen de symptomen bij vrouwen eerder als “atypisch” dan de symptomen die vaak bij mannen voorkomen. Ze verwijzen vrouwen ook minder snel door voor diagnostisch onderzoek en behandeling. Hetzelfde geldt voor hartaanvallen. Vrouwen hebben minder vaak de “klassieke” symptomen van een hartaanval en worden minder vaak behandeld.[11]
Conclusie
Waar mannen biologisch minder sterk staan dan vrouwen, krijgen vrouwen een minder goede behandeling door een gebrek aan kennis of vooroordelen. Voor beide geslachten is het hoe dan ook belangrijk om een gezonde levensstijl na te streven en een sterk sociaal netwerk te creëren. Gezondheid is namelijk afkomstig van interne én externe factoren.
Bronnen