Geen ochtend- of avondmens? Misschien ben je wel een middagmens
Gepubliceerd op 14 juni 2019 - Laatst bijgewerkt op 24 juni 2020
Laatst bijgewerkt op 24 juni 2020
Naast de ‘ochtendmens’ en de ‘avondmens’, stellen onderzoekers nog twee zogenaamde chronotypes voor: de ‘middagmens’ en de ‘dutter’. Een chronotype wordt bepaald door het tijdstip waarop een persoon het meest alert en het meest slaperig is.
Een groep onderzoekers van de VUB verspreidde een korte enquête onder meer dan 1300 mensen tussen de leeftijd van 12 tot 90 jaar, die gedurende de dag vragen moesten invullen over hun slaapgewoonten en vermoeidheidsniveaus. Vervolgens analyseerden ze de resultaten in samenwerking met een groep in Rusland.[1]
Ze ontdekten dat er inderdaad 631 mensen waren die in een van de twee bekende nacht- en ochtendcategorieën pasten. Terwijl vroege vogels ‘s morgens klaarwakker zijn en slaperig zijn naarmate de dag vordert, zijn nachtraven precies het tegenovergestelde.
Van alle chronotypes worden ‘middagmensen’ het meest moe op en worden ze tegen 11u alert en blijven ze tot ongeveer 17u op deze manier, waarna ze weer moe worden. De ‘dutters’ worden wakker en blijven alert tot ongeveer 11 uur ‘s ochtends, waarna ze echt moe worden tot ongeveer 15u. Na 15u tot ongeveer 11u zijn ze weer alert en productief.
Het erkennen van deze categorieën is “belangrijk omdat sommige mensen kunnen profiteren van [een] middagdutje”, zei hoofdauteur Arcady Putilov, een neurobioloog in Moskou. Mochten de ‘dutters’ bijvoorbeeld gedurende de dag snel 10 à 15 minuten dutten, zouden hun prestaties toenemen.
De auteurs stelden ook vast dat de resultaten voor het grootste deel waar waren voor zowel mannen als vrouwen, en voor zowel dag- als nachtploegarbeiders, en voor alle leeftijden. Er waren enkele kleine leeftijdsverschillen, zoals oudere mensen die meer neigden naar de ‘dutters’ -groep.
Bovendien kan een beperking zijn dat de meeste mensen die de enquête hebben gebruikt, jongere mensen in België waren (de helft van de deelnemers was jonger dan 25). Maar toch denkt Putilov dat de bevindingen zouden gelden in een bredere steekproef.[2]